Deze content is gemaakt in opdracht van onze partner

Van Lanschot Kempen: “In deze volatiele markten biedt dividend houvast”

Van Lanschot Kempen - Joris Franssen.jpg

Aandelenmarkten zijn tot recordhoogten gestegen, maar tegelijkertijd groeit ook de vrees voor het uiteenspatten van de AI-hype. Een handvol megacaps bepalen het grillige beurssentiment. Joris Franssen, die voor Van Lanschot Kempen al 25 jaar dividendstrategieën beheert, ziet overeenkomsten met de IT-bubbel begin deze eeuw. “Een gedisciplineerde focus op kwaliteitsbedrijven die dividend uitkeren, biedt bij volatiliteit minder neerwaarts  risico.” 

Dividendbeleggen is volgens Franssen allang geen kwestie meer van klakkeloos de aandelen met hoogste dividendrendement te kiezen. Het draait in zijn ogen om het vinden van bedrijven met bewezen verdienkracht en management dat kapitaal verstandig inzet. “Dat zijn bedrijven die kasstromen  genereren, nu, maar ook in de toekomst. Het management moet die kaststromen slim inzetten én deels teruggeven aan de aandeelhouders.” 

Een belangrijk element in de aandelenselectie is de harde aankoopgrens: minimaal 2% dividendrendement. Pas wanneer een bedrijf daaraan voldoet, begint de diepere analyse. De toekomstige kasstromen worden  vooruit geprojecteerd om de intrinsieke waarde te bepalen. “Als de beurskoers onder die waarde ligt, komt een aandeel in aanmerking voor opname in de portefeuille”, aldus Franssen.

Daarbij moet er voldoende potentieel zijn om het dividend stabiel te houden, liefst te laten groeien. “We zoeken een gezonde balans tussen uitkeren en investeren. Onze portefeuille heeft een gemiddeld dividendrendement van 4,2% met individuele uitschieters naar 5 en 6%”, aldus Franssen.  

Hoog dividendpotentieel

Hoe Franssen die ‘dividendgroeiers’ vindt? De hoogte van het rendement op investeringen (ROI) en de payout ratio zijn belangrijke factoren. “Een hoge ROI is een goed teken. Een onderneming die elke geïnvesteerde euro efficiënt omzet in winst, hoeft namelijk maar weinig geld in de business te stoppen om die winst verder te laten groeien. Dat geeft ruimte om te blijven investeren in rendabele projecten, maar óók ruimte om dividend uit te keren en dat dividend door de jaren heen te verhogen.”

Daarnaast biedt een dividendaandeel met een lage payout ratio een goede basis voor toekomstige dividendgroei.  Franssen: “Wanneer slechts een klein deel van de winst wordt uitgekeerd als dividend, is er meer ruimte om het dividend sneller te verhogen dan de winst”.  Wel benadrukt Franssen dat het belangrijk is dat een bedrijf voldoende blijft investeren in de eigen bedrijfsvoering.

Van Lanschot Kempen zoekt breder dan traditionele dividendstrategieën, vervolgt Franssen. “Niet alleen megacaps, maar ook midcaps, opkomende markten en bedrijven die je niet automatisch met dividend associeert.” Zo ontstaat een portefeuille die minder gecorreleerd is met de bekende dividendmandjes. “Buiten de gebaande paden kijken resulteert in een beter rendement en voegt qua diversificatie  waarde toe.” 
 

New Year’s Perspectives 2026
Joris Franssen spreekt op Investment Officer New Year’s Perspectives over “In deze volatiele markten biedt dividend houvast”. Kom op 15 januari naar New Year’s Perspectives. Meld u hier aan.


De AI-investeringsgolf onder de loep

Franssen stelt dat op dit moment niet veel AI-bedrijven door de screening zouden komen. Wegens de veelal hoge waarderingen, maar ook door de  ongebreidelde investeringsdrift in AI door Big Tech. “Als je 400 miljard dollar vorig jaar en komend jaar richting 600 miljard dollar in datacenters stopt, waarvan de technologie in enkele jaren weer is achterhaald, dan is het een uitdaging om daar een goed rendement op te behalen. Doorgaans is het een slecht teken voor het rendement als er ergens veel kapitaal heen vloeit.” 

Het probleem is volgens hem niet zozeer dat bedrijven veel investeren, maar dat de investeringen explosief sneller groeien dan de toekomstige cashflow die er tegenover staat. “Veel grote technologiebedrijven waren jarenlang zeer kapitaalefficiënt; nu verbranden ze geld in infrastructuur waarvan het verdienmodel nog moet blijken.”

Dividend legt volgens Franssen een rem op een overmatige investeringsdrift. Het dwingt bedrijven selectief te zijn. “Je moet kiezen. Je kunt niet honderd investeringsplannen najagen en ook dividend blijven uitkeren.” De beste bedrijven combineren daarom volgens Franssen winstgevende investeringen met een stabiel uitkeringsbeleid. 

Vooruitblik 2026: een jaar waarin markten op scherp staan

Franssen verwacht dat 2026 wederom een volatiel jaar wordt. De combinatie van hoge waarderingen, geopolitieke spanning en een markt die op een klein aantal namen drijft, maakt de kans op schokken groter. Tegelijkertijd is onduidelijk wie uiteindelijk structureel geld verdient aan de AI-expansie. Dat maakt de hype gevoelig voor correcties. “Ik wil niet degene zijn die het feestje verpest, maar aandelen hebben de afgelopen vijf en tien jaar extreem hoge rendementen behaald. Dat gaat zich de komende tien jaar niet herhalen.”

Hij  noemt de Amerikaanse aandelenmarkt extreem hoog gewaardeerd: “Daar zitten echt risico’s.” De wereldwijde aandelenindex MSCI World noteert inmiddels ruim 20 keer de winst. “Onze portefeuille heeft een koerswinstverhouding van 13 keer. Dat scheelt bijna de helft, terwijl de winstgroeiverwachtingen van onze bedrijven nauwelijks verschillen van die van de wereldwijde index”, stelt Franssen. De markt betaalt daarmee het dubbele voor een groot deel van de grote indexnamen.

Waarderingsdiscipline en het passief-effect

De dividendbelegger constateert scheefgroei, die wordt versterkt door passief beleggen. “Grote bedrijven in de index profiteren meer van passieve instromen dan kleine. Dat vergroot waarderingsverschillen en houdt ze langer in stand. Wanneer het sentiment draait, zijn het juist deze zwaarwegende megacaps die het hardst zullen corrigeren.” 

De huidige dynamiek doet Franssen denken aan de internetbubbel van begin jaren 2000. Ook toen waren er hoge investeringen, grote verwachtingen, maar nauwelijks bewezen cashflow. “Tussen 2000 en 2003 halveerde de wereldwijde aandelenmarkt. Veel beleggers dachten toen dat er geen ‘safe haven’ meer bestond, maar onze dividendportefeuille bleef overeind. Als een bubbel barst, zie je dat waardering, kasstromen en balanssterkte ineens weer zwaarder gaan tellen. Uiteindelijk draait waardecreatie altijd terug naar de kasstromen.”